Op 26 april 2016 raken een bestuurder van een motorfiets en een bestuurder van een personenauto betrokken bij een ongeval. De bestuurder van de motorfiets loopt als gevolg van het ongeval letsel op.
Is de gemeente aansprakelijk?
In plaats van zich te wenden tot (de verzekeraar van) de bestuurder van de personenauto, wordt de gemeente als wegbeheerder aansprakelijk gesteld. De voorrangssituatie op de kruising was onduidelijk en deze onduidelijkheid creëerde een gevaarlijke situatie, zo stelt de bestuurder van de motorfiets. Kan de gemeente aansprakelijk worden gehouden? De rechtbank Rotterdam boog zich over deze vraag en deed uitspraak op 26 januari 2022.[1]
Gewijzigde verkeerssituatie
Het betreffende ongeval vond plaats op de kruising van de Olympiaweg in Rotterdam; een hoofdweg met diverse zijstraten. De bestuurder van de motorfiets was er niet op bedacht dat hij voorrang moest verlenen aan het verkeer komend uit de zijstraat. Bij de overige zijstraten die op de Olympiaweg uitkomen, hoefde dat ook niet en had hij ook voorrang. Daarnaast ontbraken waarschuwingsborden voor de gewijzigde verkeerssituatie.
Kruising voldoet niet aan voorwaarden
Ten tijde van het ongeval stonden op de rechterrijstrook tot twee á drie meter voor de kruising personenauto’s geparkeerd die (tijdig) zicht op het verkeer komend uit de zijstraat ontnamen. Ook heeft de gemeente in de periode van 6 april 2016 tot circa 11 mei 2016 voor de betreffende kruising het verkeersbord J8 (“gevaarlijk kruispunt”) laten plaatsen, waarmee de gemeente kennelijk beoogde te waarschuwen voor een gevaarlijke kruising. Dit waarschuwingsbord heeft er echter niet toe geleid dat de situatie er duidelijker en veiliger op is geworden. Integendeel, dit bord stond slechts op nog geen vijf meter van de kruising – hetgeen volgens de toepasselijke zogenaamde CROW-richtlijnen te dicht op de kruising is. Daarnaast is niet gebleken dat door de gemeente (andere) veiligheidsmaatregelen zijn genomen.
Is het een gebrek?
De vraag is of de onduidelijke verkeerssituatie een gebrek oplevert en of de gemeente hiervoor aansprakelijk kan worden gehouden.
Bij de beoordeling of de verkeerssituatie een gebrek in de zin van artikel 6:174 BW vertoont, geldt dat de bezitter van een opstal die niet voldoet aan de eisen die men daaraan in de gegeven omstandigheden mag stellen, en daardoor gevaar voor personen of zaken oplevert, in beginsel aansprakelijk is wanneer dit gevaar zich verwezenlijkt.
Op de gemeente rust als wegbeheerder de aansprakelijkheid voor de openbare weg. Op grond van vaste jurisprudentie rust op de wegbeheerder de plicht om ervoor te zorgen dat de toestand van de weg de veiligheid van personen en zaken niet in gevaar brengt. Indien deze veiligheid niet voldoende kan worden gewaarborgd, dient de gemeente van een zodanige inrichting van de weg af te zien.
Het gaat hier om een risicoaansprakelijkheid. Deze aansprakelijkheid dient te worden beoordeeld aan de hand van de maatstaven die onder andere zijn ontwikkeld in de zogenaamde Wilnis- en Kelderluik-arresten. Kort gezegd dient te worden beoordeeld of de weg voldoet aan de eisen die daaraan in de gegeven omstandigheden mogen worden gesteld en dus (al dan) niet gebrekkig is. Daarbij is onder andere van belang: het te verwachten gebruik of de bestemming daarvan, hoe groot de kans op verwezenlijking van het gevaar is en welke onderhouds- en veiligheidsmaatregelen mogelijk en redelijkerwijs te vergen zijn.
Gevaarlijk kruispunt
Bij de beantwoording van de vraag of de kruising ten tijde van het ongeval voldeed aan de eisen die daaraan in de gegeven omstandigheden mochten worden gesteld, acht de rechtbank Rotterdam in de zaak van het ongeval van 26 april 2016 op de Olympiaweg in Rotterdam onder andere van belang dat sprake was van een onduidelijke en gevaarlijk verkeerssituatie, dat de kans op verwezenlijking van gevaar daarbij groot was, het bord J8 (“gevaarlijk kruispunt”) te dicht op de kruising stond en van andere door de gemeente genomen veiligheidsmaatregelen ten aanzien van de kruising niet gebleken is terwijl dat, nu de gemeente in aanmerking had moeten nemen dat niet alle verkeersdeelnemers steeds de nodige voorzichtigheid en oplettendheid zouden betrachten, wel van de gemeente had mogen worden verwacht.
De rechtbank is van oordeel dat de kruising niet voldeed aan de eisen die daaraan in de gegeven omstandigheden mochten worden gesteld en dus gebrekkig was. De rechtbank oordeelt dan ook dat de gemeente jegens de bestuurder van de motorfiets aansprakelijk is op grond van artikel 6:174 BW en de door hem geleden en nog te lijden (materiële en immateriële) schade dient te vergoeden.
Heeft u hulp nodig?
Wanneer een verkeersongeval plaatsvindt, kan in bepaalde gevallen namelijk – naast de aansprakelijkheid van de verkeersdeelnemer(s) – mogelijk dus ook sprake zijn van aansprakelijkheid van de wegbeheerder. Is u een ongeval overkomen of heeft u anderszins vragen hierover? Schroom niet om contact met ons op te nemen. Wij helpen u graag.
[1] Rechtbank Rotterdam 26 januari 2022, ECLI:NL:RBROT:2022:595